(2) Financiële vaste activa
De specificatie en het verloop over 2024 van de financiële vaste activa is als volgt:
|
Specificatie financiële vaste activa |
2024 |
2023 |
|
(in duizenden EUR) |
||
|
Deelneming in groepsmaatschappijen |
428 |
410 |
|
Financiële instrumenten |
0 |
0 |
|
Stand per 31 december |
428 |
410 |
Deelneming KCLW (Kenniscentrum Loodswezen B.V.)
Hieronder is de 100%-deelneming in Kenniscentrum Loodswezen B.V. te Rotterdam opgenomen. Kenniscentrum Loodswezen B.V. is per 5 september 2001 opgericht. De waardering van de deelneming geschiedt op basis van de nettovermogenswaarde.
|
Het verloop over 2024 was als volgt: |
2024 |
2023 |
|
(in duizenden EUR) |
||
|
Boekwaarde per 1 januari |
410 |
399 |
|
Waardemutatie boekjaar (resultaat) |
18 |
11 |
|
Boekwaarde per 31 december |
428 |
410 |
Financiële instrumenten
Nederlands Loodswezen maakt gebruik van afgeleide financiële instrumenten (derivaten) om bepaalde rente-, valuta- en prijsrisico’s zoveel mogelijk af te dekken.
Swaps ABN-AMRO Bank
In 2010 is een langlopende lening voor € 44 miljoen gesloten ter financiering van twee loodsvaartuigen (lening I en II). Deze lening is verstrekt door een combinatie van ABN-AMRO Bank N.V. en BNG bank N.V.. In 2011 is een additionele lening ad € 20,0 miljoen afgesloten voor het derde loodsvaartuig (lening III). De totale lening bedraagt daarmee € 64 miljoen.
Het renterisico op het eerste deel (€ 44 miljoen) van de lening voor de vaartuigen is in 2010 afgedekt via een renteswap bij ABN-AMRO Bank. De renteswap bestaat uit twee delen, die qua onderliggende hoofdsom gelijklopen met het schema van opname en aflossing van de leningsdelen I en II. Deze swap heeft een maximale looptijd tot 1 november 2033. De marktwaarde van deze swap ultimo 2024 bedraagt
€ -/-1.239.509 (2023: € -/-1.299.627).
De rente voor de financiering van het derde vaartuig is in 2011 eveneens afgedekt met een renteswap bij ABN-AMRO bank voor een bedrag van € 20 miljoen met de startdatum 1 november 2014 en een maximum looptijd tot 1 november 2034. De marktwaarde van deze swap bedraagt ultimo 2024 € -/-896.665 (2023: € -/-913.577).
Swap Rabobank Rotterdam
In 2011 is een langlopende lening gesloten ter financiering van 3 Aquila-klasse en 2 stalen tenders. Deze lening is verstrekt door Rabobank Rotterdam. De totale lening bedraagt € 14,4 miljoen en is opgenomen per 1 september 2013. Het renterisico op de lening is, afgedekt via een renteswap bij de Rabobank voor een totaal van € 14,4 miljoen. De swap heeft een maximale looptijd tot 1 september 2028. De marktwaarde van deze swap ultimo 2024 bedraagt € -/-37.431 (2023: € -/-15.039).
Brandstofprijzen
Binnen het wettelijke regime dient Nederlands Loodswezen begin juni van elk jaar zijn calculaties voor het tarief van het daaropvolgende jaar gereed te hebben. Nadat de tarieven uiterlijk 15 juli zijn ingediend, is er geen mogelijkheid tot bijstelling meer. Teneinde het prijsrisico op brandstofprijzen te minimaliseren wordt de brandstofprijs voorafgaande aan het maken van de tariefcalculaties ingedekt op basis van het geschatte jaarverbruik.
|
Voor 2025 is het volgende verbruik ingedekt bij de Rabobank: |
||||
|
(in duizenden EUR) |
Marktwaarde |
|||
|
Diesel 10 ppm: |
1.440 metric ton = |
1.707.840 liter tegen € 647,50 per metrische ton |
(€ 0,5460 per liter) |
-1 |
|
Diesel 10 ppm: |
1.440 metric ton = |
1.707.840 liter tegen € 658,50 per metrische ton |
(€ 0,5552 per liter) |
-17 |
|
Diesel 10 ppm: |
1.440 metric ton = |
1.707.840 liter tegen € 662,75 per metrische ton |
(€ 0,5588 per liter) |
-23 |
|
Diesel 10 ppm: |
1.440 metric ton = |
2.134.800 liter tegen € 684,50 per metrische ton |
(€ 0,5772 per liter) |
-67 |
|
-108 |
||||
Vanaf 2019 wordt er naast reguliere diesel (EN590) ook HVO-biodiesel bijgemengd om de CO2 uitstoot van Nederlands Loodswezen te reduceren. In heel 2024 is er in de zeehavengebieden Amsterdam-IJmond en Rotterdam-Rijnmond HVO-biodiesel bijgemengd. In de eerste helft van 2024 is er ook in de Eemshaven HVO-biodiesel bijgemengd. Vanaf de tweede helft 2024 kon de leverancier geen HVO-biodiesel meer leveren in de Eemshaven en is er teruggegaan naar EN590 brandstof. Op dat moment is de mengverhouding in Amsterdam-IJmond en Rotterdam-Rijnmond naar boven aangepast.
Bij het gebruik van HVO-biodiesel wordt er een deel HVO-biodiesel bijgemengd bij de normale EN590 diesel. Het B getal geeft aan welk percentage biodiesel er is bijgemengd. Voor HVO-biodiesel zijn geen derivaten op de markt om het prijsrisico in te dekken. Vanaf 2024 is het echter wel mogelijk om met de leverancier prijsafspraken te maken voor het leveren van HVO-biodiesel. Voor 2025 is er een prijsafspraak vastgelegd voor 325 m2 per maand (3.900 m2 voor heel 2025) waarmee ook voor dit deel van de brandstof het prijsrisico is ingedekt.
Het prijsrisico op het percentage reguliere diesel in de mengverhouding wordt ingedekt conform het overige gebruik van reguliere diesel.
Totaal is het prijsrisico voor reguliere diesel voor 7.258.320 liter ingedekt voor 2025. Hiermee is het prijsrisico van 94,5% van het verbruik aan reguliere diesel ingedekt. Voor de HVO-biodiesel is ca. 93% van het verbruik vastgelegd door middel van een prijsafspraak met de leverancier.
De afgedekte volumes en afgedekte literprijzen zijn verwerkt in de tarieven 2025, die door de ACM zijn goedgekeurd.